Wat is looien?
Looien is de meest belangrijke stap bij het maken van leer. Zonder het leer te looien is de dierenhuid namelijk niet bestand tegen het natuurlijke ontbindingsproces. De huid van een dier bestaat voornamelijk uit eiwitten, en na verloop van tijd vergaan deze eiwitten. De looistoffen veranderen de structuur van de eiwitten, zodat ze niet meer oplosbaar zijn. Dit vertraagt het ontbindingsproces en maakt de huid zeer duurzaam. Door het looien wordt de dierenhuid dus geconserveerd voor langer gebruik.
Ecologische schapenvachten en plantaardig looien
Al onze schapenvachten zijn ecologisch gelooid. Dat betekent dat onze looiers alleen maar natuurlijk stoffen gebruiken bij het looiproces. Plantaardig looien is beter voor het milieu omdat er geen zware metalen of andere nare stoffen aan te pas komen. Bovendien is looien met natuurlijke stoffen de traditionele manier van leerlooien; al duizenden jaren wordt leer op deze manier gelooid. Pas veel later stapte men over op synthetische alternatieven die financieel gezien een stuk interessanter waren. Zoals wel vaker het geval is als geld een rol speelt, dacht men niet na over de gevolgen voor de gezondheid en het milieu. Gelukkig weten we tegenwoordig hoe schadelijk deze alternatieven zijn en hechten we steeds meer waarde aan traditioneel en milieuvriendelijk looien.
De verschillende manieren van looien
Je hebt verschillende manieren om te looien. We maken daarin onderscheid tussen plantaardig looien en chemisch looien. Bij plantaardig looien, zoals bij de schapenvachten van Sheepy gebeurt, gebruikt de looier alleen maar stoffen uit de natuur. Chemisch looien doen ze daarentegen met synthetische en onnatuurlijke stoffen. Het chemische looiproces brengt veel vervelende afvalstoffen met zich mee. Het is dus vast geen verrassing dat chemisch looien slecht voor het milieu is. Toch is het veruit de meest gebruikte vorm van looien, en dat komt vooral door de mode-industrie. Chroomlooien is verantwoordelijk voor meer dan 85 procent van de wereldwijde leerproductie.
De traditie van plantaardig looien
Plantaardig looien is de manier van looien die men al sinds de oudheid gebruikt. Er wordt slechts gebruik gemaakt van natuurlijke looizuren die uit planten gewonnen worden. Deze stoffen behoren tot de tannines. Vroeger werden deze looizuren vooral uit de bast van eikenbomen en dennenbomen gewonnen, maar door de jaren heen ontdekte men nog meer bruikbare planten. Zo bevatten de vruchten van de Tara spinosa, een plant uit familie van de vlinderbloemen, ook looizuur. Duizenden jaren lang gebruikte de mens allerlei verschillende natuurlijke stoffen bij het looien van leer, maar dat veranderde in de jaren tachtig.
De industrialisatie van het looien
Toen de wereldproductie van leer steeds hoger werd, steeg ook de vraag naar looistoffen. Natuurlijke looistoffen werden uiteindelijk schaars, waardoor de prijs steeg. Dit zorgde ervoor dat men zocht naar alternatieve looistoffen. Tussen 1884 en 1893 ontwikkelden de Amerikanen Shulz en Dennis de eerste synthetische looistoffen op basis van chroom. Het duurde vervolgens maar 60 jaar voordat deze chemische alternatieven de plantaardige looistoffen voor het grootste deel verdrongen. Door de veel lagere prijs van de looistoffen kozen de grootste industrieรซn, zoals de mode-industrie, om hun leer met deze stoffen te looen.
Wat is looizuur?
Looizuur is een tannine die voorkomt in een aantal soorten planten. Het beschermt de plant tegen bacteriรซn en insectenvraat, en werkt als vlamvertrager bij een bosbrand. Looizuur vormt zich wanneer galluszuur een verbinding aangaat met glucose. Het is een tannine die in twee verschillende vormen voorkomt: quercitannine en gallotannine. Quercitannine wordt voornamelijk uit de schors en bladeren van de eikenboom gewonnen, terwijl gallotannine voornamelijk in de galappels van de eikenboom voorkomt. Het komt ook in allerlei andere planten voor, zoals in sequoiaโs en kastanje bomen. Looizuur voor commerciรซle doeleinden wordt voornamelijk uit galappels van bepaalde soorten sumak en eikenbomen gewonnen.
Niet alle tannines zijn hetzelfde
Vaak verwart men de woorden looizuur en tannine met elkaar. Dat komt waarschijnlijk door de Engelse benaming voor looizuur en tannines: tannic acid en tannins. Tannine is een verzamelnaam voor verschillende polyfenolen, die invloed hebben op de kleur, smaak en structuur van bijvoorbeeld thee en wijn. Tannines komen in heel veel verschillende soorten planten en vruchten voor, waaronder druiven, avocadoโs en kweeperen.
Tannines binden zich aan eiwitten, wat ervoor zorgt dat de eiwitten zich fixeren. Als je een flinke slok wijn of sterke thee drinkt dan merk je dit zogenaamde adstringerende effect. Adstringeren is een mooi woord voor samentrekken. Je mond voelt dan een beetje stroef aan. Dat komt omdat de tannines zich aan de eiwitten van het wangslijmvlies binden. Het looien van leer gebruikt ditzelfde effect om de dierenhuid te conserveren!
De geschiedenis van leerlooien
Leer is รฉรฉn van de oudste materialen die wij als mens gebruiken. Al duizenden jaren maken mensen bijvoorbeeld kleding en dekens van leer. Onze verste voorouders leefden in een tijd waarin grondstoffen zeldzaam waren. Als zij een dier vingen en slachtten, verspilden ze dus helemaal niets. Ze aten al het vlees op, maakten gereedschap van de botten en hielden zich warm met de huiden. Omdat een dierenhuid een van nature bederfelijk materiaal is, bedachten ze al vrij snel methodes om de huiden langer goed te houden. Door deze zoektocht naar duurzaamheid vond men uiteindelijk het looien uit. Dit gebeurde al vrij snel, er zijn namelijk aanwijzingen gevonden dat ze in India al sinds het jaar 7000 voor Christus leer looiden!
De leerlooier in de middeleeuwen
(Dit stukje is alleen voor de lezer met een sterke maag)
Vroeger zag men leerlooien als een verderfelijke en onwelriekende nijverheid. Daarom werd een leerlooier in de middeleeuwen tot ver buiten de stadsmuren verbannen. Het antieke looiproces bracht inderdaad een zeer vuile geur met zich mee. Dat komt omdat er urine, uitwerpselen en rottend vlees aan te pas kwam. De looiers gebruikten urine om verrotting van de huid tegen te gaan en de haren gemakkelijk te verwijderen. De uitwerpselen werden vervolgens in de huid geslagen of gemasseerd om de huid plooibaar te maken. Een alternatief hiervoor was het weken in een oplossing van water en dierenhersenen. Het spreekt voor zich dat deze combinatie van stoffen een ongelooflijk nare geur met zich meebracht.
Het daadwerkelijke looien deden ze vooral met een extract van de eikenboom. De bast van een eik werd gedroogd en vervolgens vermalen in een zogenaamde eekmolen. Van deze vermalen eikenschors maakten ze het zogenaamde run door er water aan toe te voegen. Run bevat looizuur en was het belangrijkste onderdeel van het hele looiproces. Zonder run kon er namelijk geen leer gemaakt worden!